Vervaardiger
Jan ProvoostPeriode en datering
16de eeuw 15de eeuwDit schilderij met de Onthoofding van de Heilige Catharina vormde oorspronkelijk het rechterluik van een triptiek. Het linkerluik met Het dispuut van de heilige Catharina wordt in het Museum Boijmans Van Beuningen te Rotterdam bewaard. De luiken tonen scènes uit het leven van de heilige Catharina, zoals verteld in de Legenda Aurea van Jacobus de Voragine. Het verhaal gaat dat tijdens de vervolging van christenen onder de Romeinse keizer Maxentius, Catharina naar de keizer ging en hem beschuldigde van wreedheid. De keizer probeerde Catharina daarop van haar geloof af te brengen, maar kon niet op tegen haar krachtige argumenten. Hij schakelde de hulp in van vijftig geleerden, maar een voor een werden zij door Catharinas redeneringen en discussievermogen bekeerd tot het Christendom; dit wordt afgebeeld op het paneel in Rotterdam. Keizer Maxentius werd verliefd op Catharina, maar omdat zij volledig was gewijd aan haar geloof, wees ze hem af. Maxentius veroordeelde haar daarom tot de dood. Pogingen om Catharina te radbraken en verbranden mislukten. Uiteindelijk werd ze onthoofd en stierf ze de marteldood. Het gruwelijke einde van het verhaal vormt het onderwerp van dit schilderij.
TOPSTUK
Lang ging men ervan uit dat het middenpaneel van het triptiek waar de Onthoofding van de Heilige Catharina oorspronkelijk deel van uit maakte, verloren was gegaan. Op basis van de iconografische thema’s van de zijluiken werd gedacht dat het middenpaneel het Mystieke huwelijk van de Heilige Catharina moest hebben afgebeeld. Mede aan de hand van materiaaltechnisch onderzoek, waaronder dendrochronologie, werd een nieuwe reconstructie voorgesteld waarbij de Kruisiging het middenpaneel vormde van het triptiek. Dendrochronologie is een techniek waarbij de datering van een houten object wordt vastgesteld aan de hand van de groeiringen van het hout. Het geeft een benadering van de datum waarop de panelen op z’n vroegst beschilderd hadden kunnen worden. Voor het merendeel van de planken van de drie panelen werd een vroegst mogelijke datering van 1505 bepaald. Daarnaast bleken ze ook nog eens van dezelfde boom afkomstig te zijn. Het is daardoor aannemelijk dat alle drie de panelen rond dezelfde tijd in de werkplaats van Provoost waren en gebruikt zijn geweest voor een en hetzelfde triptiek.
Dit kunstwerk is eigendom van het KMSKA en is in langdurige bruikleen bij Musea Brugge.