Vervaardiger
Jan ProvoostPeriode en datering
16de eeuwDit gerechtigheidstafereel werd voor de raadzaal van het stadhuis van Brugge gemaakt. Het moest de magistraat aan zijn plicht tot rechtvaardigheid herinneren.
Een gouden straal verbindt Christus’ rechteroog met de uitverkorenen die onder bazuingeschal het paradijs binnengaan. Tegelijk draagt hij in zijn linkerhand het traditionele zwaard van het rechtvaardige oordeel. Naast Maria en Johannes de Doper, die als gewone voorsprekers aan weerszijden van Christus neerzitten, herkent men onder de gelukzaligen verschillende heiligen. De herrezen uitverkorenen worden door een engel in witte gewaden gekleed, terwijl de gelukzaligen in grote aantallen arriveren per schip, en in lange rijen naar de hemelpoorten toestromen. Hoewel Provoosts voorstelling de tekst van de Openbaring relatief trouw blijft, heeft hij zich ook een aantal vrijheden veroorloofd. Zo heeft hij verschillende hemelpoorten afgebeeld en heeft ook de hel meerdere ingangen.
De vlucht van de goddelozen is gesymboliseerd door een wagen met afvallige geestelijken, omringd door monsterfiguren die duidelijk door Jheronimus Bosch zijn geïnspireerd. In 1550 schilderde Pieter Pourbus, in opdracht van het stadsbestuur, het helletafereel over. Pas vierhonderd jaar later, in 1956, werd de overschildering verwijderd.
TOPSTUK
Niet alleen het schilderij, maar ook de omlijsting van het Laatste Oordeel maakt indruk op de beschouwer. Uit de stadsrekeningen weten we dat Jacob Kempe de lijst vervaardigde. Hij werd namelijk betaald voor ‘tleveren ende maken van den houttewerke van den tavereele daerinne tOirdeel ghescildert es’. Of hij het maakte naar eigen ontwerp of naar een ontwerp van een kunstenaar, mogelijk Jan Provoost of Lancelot Blondeel, is niet geweten. Dat het generaties lang in de smaak viel, wel. Volgens oude bronnen werd de bekroning van de lijst in de 19de eeuw namelijk hergebruikt voor een kast in het kabinet van de burgemeester. Volgens diezelfde bron was op het schild in de bekroning het wapenschild van Karel V geschilderd, samen met de herculeszuilen en motto ‘plus oultre’. Deze elementen zijn door de vele aanpassingen aan de omlijsting helaas verloren gegaan. Pas in 1934 werd de omlijsting overgedragen aan het museum en werd het weer samengebracht met het schilderij waarvoor het gemaakt werd.