Academische studie naar prent van een mannelijk naakt, getekend door een leerling aan de Academie Brugge in zwart krijt of houtskool. De aantekening met naam van de tekenaar is onduidelijk. Onderzoek doet vermoeden dat er "Nous" geschreven staat en het dus om Jean Noos zou kunnen gaan. Naast de toeschrijving, is ook de datering onzeker. Noos was leerling in de derde klas naar prenten in 1852-1853, maar tekende deze studie wellicht pas in de eerste klas naar prenten. Indien het dus om Noos gaat, zou de studie van enkele jaren later dateren. Toch geeft de handtekening van provisoir secretaris Vandewater linksboven anders aan: hij signeerde enkel op tekeningen tussen 1851 en 1853, waarna zijn functie werd ingevuld door Vanden Abeele. Ook het type aantekening op verso komt enkel voor op tekeningen voor of uit 1853. Een naakte man is voluit, in driekwart naar links afgebeeld. Hij is omgeven door brokstukken van een antieke tempel. Hij is naakt maar draagt sandalen en staat met de voeten gekruist. Hij leunt tegen de brokstukken achter hem en houdt zijn linkerarm ontspannen. Met zijn rechterarm leunt hij op het restant van een zuil. Het gezicht van de man is frontaal weergegeven, de ogen bijna gesloten. De studie is getekend naar een prent van Julien uit de reeks 'Nouvelles Académies'. De aantekeningen verwijzen naar een wedstrijd. Linksboven staat het toegewezen nummer (14) van de leerling. Daarbij zijn de academiestempel en handtekening van Vandewater te zien. Dat de leerling tweede werd, staat linksonder genoteerd. Wellicht werd Auguste Vanwynsberghe eerste op deze wedstrijd. Zijn tekening naar hetzelfde onderwerp (0022.GRO0643.II) bevat identieke aantekeningen maar helaas ook geen datering.

Détails

Identification

Linked open data