Nadat Martinus in dienst getreden was bij het Romeinse leger diende hij in Gallië. Voor de stadspoort van Amiens trof hij een bedelaar, die rilde van de kou. De heilige sneed zijn krijgsmantel doormidden om een helft ervan aan de arme man te schenken. Dit legendarisch gebaar van naastenliefde wordt door Van Oost hier in beeld gebracht. Jacob van Oost schilderde dit werk in 1656-1657. Het maakte samen met 'Heilige Augustinus wast de voeten van Christus' deel uit van de bruidsschat die de schilder aan zijn dochter schonk bij haar intrede in het klooster van Sint-Trudo in Brugge. Het werk kan stilistisch en compositorisch in verband gebracht worden met het beroemde schilderij van Sint-Martinus door Anthony van Dyck uit ca. 1620, en met de iets latere interpretatie van Gaspar de Crayer. (Naar: H. Vlieghe, Stedelijke Musea Brugge. Catalogus Schilderijen 17de en 18de eeuw, Brugge, 1994, p. 202.)

Details

Identification

Linked open data