Prent met 36 taferelen, in zes rijen met zes taferelen per rij. Onder elke prent zijn korte regels geschreven in het Nederlands en Frans met het onderwerp van de scène. In elke tafereel is steeds één personage. De personages in de eerste drie rijen zijn vrouwen die bezig zijn met tamboerijn spelen, naar een zonnewijzer kijken, wandelen, lezen, verkopen, bidden, en schrijven. De laatste drie rijen zijn mannen, zij zijn ploegers, jagers, melkboeren, koorddansers, jongleurs, om er een paar te noemen. Rond 1870 nam Beersmans de houtblokken voor mannekensbladen over van Antoine Van Genechten. Deze waren afkomstig van de verdeling van hun vroegere vennootschap Glénisson & Van Genechten (1833 – 1856), die eerder houtblokken voor mannekensbladen had overgenomen van Thompson uit Rotterdam.

Details

Identificatie

Linked open data