Vervaardiger
Jean Charles VerbruggePeriode en datering
18de eeuwDeze tekening maakt deel uit van het Oosters Album (0000.GRO3119.II). Op folio elf schilderde Verbrugge een man met een lange brede stok. Waarschijnlijk gaat het om een "bosschee", aangezien hij dezelfde kledij draagt als de figuur op folio negen. De stok gebruikt hij om het gevolg van de mandarijn vrije doorgang te verschaffen. De man met wie hij deze pagina deelt is een mandarijn. Ook hier ontbreekt het "mandarijnenvierkant" maar hij draagt wel de kenmerkende overjas. Op zijn hoofd staat de typische, nauwaansluitende winterhoed, de tegenhanger van eerder vermelde zomerhoed. Deze heeft een omgedraaide boord van sabelbont of vossenbont. Bij sommige exemplaren kan de eigenaar die omdraaien om oren en nek tegen de kou te beschermen. De hoed is gewatteerd en ter decoratie met rode zijden draden bedekt. Beide figuren stammen uit de Ch'ing dynastie.
Vervaardiger
Jean Charles Verbrugge, Pièrre François Ledoulx, Antoine Ignace SteyaertPeriode en datering
19de eeuw 18de eeuw