Jezus' lichaam ligt op een doek op de grond en wordt ondersteund door de Maagd. Johannes de Evangelist staat erbij met gevouwen handen en kijkt naar het ontzielde lichaam. Een engel kust de wonde van de nagel door de linkerhand. Rechts op het tweede plan zijn de vrouwen bij het graf voorgesteld. Op de voorgrond liggen enkele nagels en een doek met de letters INRI. In de lucht zweven drie treurende putti, twee van hen zijn in tranen. Olieverf op doek.