Weergave van een ereteken van een onbekende orde, in aquarel op papier. Het ereteken bestaat uit een ster met acht punten waarvan de armen paars zijn en de randen goudkleurig. In het midden van het kruis zit een wit ovaal medaillon met daarop een goudkleurige afbeelding van Maria met het Christuskind. Tussen de bovenste armen van de ster zit aan beide kanten een kop van een tweekoppige adelaar waarvan de poten tussen de onderste armen van de ster uitkomen. De adelaar heeft zijn snavels geopend en heeft een kroontje op het hoofd. Aan de bovenste arm van de ster, tussen de twee punten, is een gouden ringetje bevestigd met daarboven een goud met paarse kroon.