Dit doek is aan het einde van Edmond Van Hoves carrière geschilderd. Het heeft een warm coloriet en een spontanere toets dan zijn vroegere werken. Een man en een vrouw zitten op de avond van hun leven in een landschap bij zonsondergang. De onopvallende manier waarop ze elkaars rechterhand vasthouden, verraadt hun intense innerlijke band. Ze hoeven elkaar niet aan te kijken om elkaar te begrijpen. De schilder heeft niet alleen de nadruk willen leggen op de hechte band tussen de twee personen, maar ook op deze tussen de natuur en de afgebeelde figuren. Over de schouders van het bejaarde echtpaar kijken we naar een glooiend landschap bij zonsondergang. De achtergrond wordt betrokken bij het allegorische onderwerp van het schilderij: levensavond.