Op 11 juli 1803 bracht Napoleon een bezoek aan Brugge. Op de drempel van het stadhuis wordt hij ontvangen door burgemeester baron Charles Enée de Croeser de Berges. Rond het hoofd van de Croeser lijkt het doek beschadigd. Dit komt doordat het portret van de Croeser ouder was en pas later door Odevaere in de grote compositie, die hij in Rome schilderde, werd aangebracht. De gevel van het stadhuis is met karmijnrode stof bekleed. Een mammeluk houdt het nog driftige paard van Napoleon vast. Rechts staat de paleisprefect die Napoleon begeleidde. Odevaere schilderde pas achteraf het ereteken van de Légion d’Honneur, dat de Croeser pas in 1810 verkreeg bij het tweede bezoek van Napoleon, bij. Joseph Odevaere was leerling van J.A. Van der Donckt aan de Academie te Brugge. Te Parijs volgde hij eerst de lessen van J.B. Suvée en dan van J.L. David. Hij behaalde er de grote prijs voor schilderkunst (1804). Bij zijn terugkomst te Brugge werd hij feestelijk onthaald. Na een verblijf van acht jaar in Italië keerde hij naar Parijs terug en werd door Napoleon vereerd met een gouden medaille. In 1814 werd hij hofschilder van Willem I, koning der Nederlanden.

Einzelheiten

Identifizierung

Linked open data